Landschapsschilders hebben vaak uitgesproken voorkeur voor de herfst en niet onterecht.
Schitterende, ruige luchten en wolkenpartijen.
Zonsondergangen met subtiele kleurnuances of met dreigende 'laatste- oordeel' luchten.
Torenhoge onweersformaties, maar ook ochtendluchten vol zachte pasteltinten.
Felgekleurde bessen steken af tegen een strakblauwe lucht en het zien van het snelle zwenken van een wolk bonte strandlopers of scholeksters is adembenemend. Zo'n wolk is nu eens wit, dan weer zilverkleurig tot zwart.
Zeekraal in allerlei kleurtinten geeft het wad het aanzien van een schilderspalet, terwijl tegenlichtopnamen op zee haast zwart-wit afbeeldingen opleveren.